Translate

woensdag 10 december 2014

2008 - 2014 : Synthese van de crisis

Met welk soort crisis hebben we te maken ?
In essentie gaat het om een crisis die het gevolg is van een enorme kredietexpansie.  Vooral de westerse economieën kreunen onder onbetaalbaar geworden schulden.  Sinds 1980 zijn de schulden van het westen, vergeleken met het bruto binnenlands product (BBP), meer dan verdubbeld.  Gecorrigeerd voor inflatie hebben ondernemingen driemaal, landen meer dan viermaal en gezinnen meer dan zesmaal zoveel schulden als toen.

Bijkomend zijn er dan nog de veelal ongedekte toekomstige schuldverplichtingen van de overheden.  Die houden verband met de uitgaven voor pensioenen en gezondheidszorg en bedragen volgens schattingen twee- à zesmaal het BBP van een land.  Voor meer details zie hier.  In landen met kapitaalgedekte private en open systemen zoals de Verenigde Staten, vertonen zich eveneens gigantische financieringsgaten.

De bovengeschetste schuldenproblematiek wordt bovendien nog versterkt door jarenlange onderinvesteringen in infrastructuur en onderwijs.  Andere ongunstige trends zijn het krimpen van de werkende bevolking (wegens een negatieve demografische ontwikkeling - zie hier) en de onvermijdbare energie-investeringen die verband houden met het komende postkoolstoftijdperk.

De oorzaken voor deze schuldenorgie zijn onder andere het loslaten van de goudgedekte dollar in 1971, de monetaire politiek van vooral de Amerikaanse centrale bank om iedere recessie met telkens weer lagere rentevoeten te willen bestrijden, de invoering van de euro die in de meeste eurolanden eveneens tot diepere rentestanden heeft geleid, het toetreden van Oost-Europa en China tot de wereldmarkt met steeds goedkopere producten en het losse begrotingsbeleid van de politici.

Hoe hebben monetaire en politieke beleidsmakers tot nu toe op deze crisis gereageerd ?
Bij het uitbreken van de crisis werd het snel duidelijk dat het op schulden en speculatie gebouwde financiële systeem zonder drastisch ingrijpen in mekaar zou stuiken.  De politiek en de centrale banken reageerden op de klassieke manier, alleen werd dit keer de dosis drastisch verhoogd : rentevoeten werden nogmaals naar beneden gehaald en bevinden zich momenteel op historische dieptepunten.
Aanvullend kochten centrale bankiers in grote getale waardepapieren op om de financiële markten te voorzien van likwiditeit. Overheden, vooral de VS, verhoogden hun deficits om de economie te stimuleren.  Via het Internationaal Monetair Fonds en de Europese Centrale Bank kregen in Europa de probleemlanden zogezegde reddingspakketten toegestopt.

Met deze maatregelen werd een ineenstorting vermeden.  Jammer genoeg hebben ze ook geleid tot het verder oplopen van de schulden.  Duitsland en de VS zijn de enige grote westerse naties waar de gezamenlijke schulden (publiek en privaat) enigszins zijn afgenomen.  In alle andere landen blijven de schulden sneller toenemen dan de economische groei.  Het is evident dat dit niet tot in de eeuwigheid kan blijven duren.
Als neveneffect heeft deze strategie ook een schuldenboom in de opkomende landen bewerkstelligt.  De westerse schuldenproblematiek heeft een wereldwijde dimensie gekregen.

Algemeen kan men stellen dat de beleidsbepalers tijd hebben gekocht die evenwel niet werd gebruikt om diepgaande structurele veranderingen aan te brengen in financiën en economie.

Walter Bagehot, de bekende 19e eeuwse journalist politiek en economie, tevens vermaard financieel specialist, zei dat een centrale bank uitsluitend krediet zou mogen verstrekken aan solvabele instellingen die onderpand van de beste kwaliteit konden voorleggen en bestand waren tegen stevige rentevoeten.  Vandaag geven centrale bankiers geld aan instellingen die niet solvabel zijn, twijfelachtig onderpand aanbieden en bovendien kunnen genieten van zero intrestvoeten.  Dit heeft dus niets meer te maken met kapitalisme.
We zijn inderdaad terechtgekomen in staatsgeleide economieën waarbij de technisch failliete grootbanken/speculanten worden rechtgehouden en bevoordeeld, terwijl tegelijkertijd de reële economie van bedrijven en gezinnen in de kou blijft staan.

Welke mogelijkheden zijn er om een einde te maken aan de schuldencrisis ?
Er liggen ongeveer een vijftal pistes open : strenge besparingen, groei, inflatie, falingen en een ordentelijke schuldenherstructurering.
1) Strenge besparingen (de zogenaamde 'austerity') werken niet in een wereld waar iedereen kreunt onder de schulden en zeker niet in een systeem zoals de euro.  Strenge besparingen remmen de noodzakelijke groei af.  
2) Groei lukt ook niet bij hoge schulden die de economische activiteit afremmen en de productiviteit aantasten.  Extra moeilijkheid : de ongunstige demografische evolutie met een gelijkblijvende of eerder krimpende actieve bevolking (Japan, China, Europa).
3) Inflatie kan alleen als de kredietgroei toeneemt: niet haalbaar want al wie schulden afbetaalt in het huidige moeilijke economische klimaat heeft geen behoefte aan een nieuw krediet.  De centrale banken slagen er niet in inflatie te creëren, zo groot is de deflatoire druk (door o.a. demografie, het internet en de digitalisering van de economie, automatisering, overcapaciteit, excessieve schuld, prijsdaling grondstoffen (olie!), interne devaluatie Zuid-Europese landen wegens 'austerity', mondiale loonconcurrentie, protectionisme, spaaroverschotten, overdreven belastingdruk vanwege noodlijdende regeringen ...).  Noteer ook dat de omloopsnelheid van het geld is ingestort, een ernstig teken aan de wand.
4) Het toestaan van falingen.  Maar door de intense verwevenheid van het financiële systeem kunnen die een domino-effect creëren en zo de crisis verergeren.  

De enige oplossing : een ordentelijke schuldenherstructurering
De enig overblijvende en werkbare oplossing lijkt wel een correcte, rechtvaardige herstructurering van zowel privé- als publieke schulden.  Het probleem is dringend : iedere dag die verloren gaat, wordt de opdracht weer een stukje zwaarder want in verhouding tot het inkomen (het bruto binnenlands product) blijft de schuldenberg in omvang toenemen. De bittere Europese realiteit is dat de afbouw van de krediethimalaya nog van start moet gaan.

Boston Consulting Group (BCG), adviesbureau gespecialiseerd in bedrijfsstrategie, heeft reeds in september 2011 een studie gepubliceerd met aanbevelingen (Back to Mesopotamia ?).   BCG schat de gezamenlijke privé- en publieke schuld in de eurozone op zo'n 3.000 à 5.000 miljard euro € (ter info : het BBP van de eurozone bedraagt 9.900 miljard €).
Daniel Stelter, medeopsteller van dit rapport en auteur van thinkbeyondtheobvious.com, ziet alleen heil in een begeleide schuldenherschikking en wel om de volgende redenen : de schade wordt enigszins beperkt, de schuldeisers kunnen een onderhandelde tegenprestatie uit de brand slepen, een rechtvaardige verdeling van de schade verkleint de kans op sociale conflicten en een absoluut verwoestende, neergaande spiraal wordt afgeremd.

Schuldeisers zullen onmogelijk kunnen ontkomen aan het incasseren van bepaalde verliezen.  Omwille van de intense vervlechting van het financiële systeem is het cruciaal om die verliezen te isoleren en efficiënt af te wikkelen.
Stelter lanceert het voorstel om een Europees herstructureringsfonds op te richten waarin de niet meer correct af te lossen schulden worden samengebracht.  Om die vervolgens over een periode van bijvoorbeeld 20 jaar weg te werken (via een lening bij de Europese Centrale Bank - ECB).   De sterkere eurolanden zouden de zwakke landen daarbij dienen te helpen.

Wat in deze analyse volgens ons echter ontbreekt, is de verantwoordelijkheid van de grootbanken ('too big to fail').   Het is hun casinobankieren dat de huidige crisis heeft veroorzaakt.  En dus is het logisch dat zij als eerste een beslissende bijdrage dienen te leveren.  En dat evidente uitgangspunt vinden we hier niet terug.

Volgens Stelter is het noodzakelijk dat er naast een schuldenherschikking ook een steunpakket ter bevordering van toekomstige groei wordt voorzien.  Waarbij er uitgebreid dient te worden geïnvesteerd in infrastructuur, energie, onderwijs en innovatie en waarbij arbeidsmarkten best gedereguleerd worden.  
Het recent door Europees commissievoorzitter Jean-Claude Juncker aangekondigde Europees plan, dat met 21 miljard € startkapitaal moet uitgroeien tot een investeringsvehikel van 315 miljard €, wordt overigens door verschillende gezaghebbende critici als onrealistisch afgedaan (lees hierhierhier en hier).

Wat zal er gebeuren ?
Met alle elementen die voorliggen, moet het iedereen duidelijk zijn dat 2008 - 2014 slechts een voorspel is geweest naar een nog grotere crisis. De relatieve rust op de financiële markten is bedrieglijk en zal mogelijk niet lang meer duren. Nieuwe schokken, erger dan in 2008, zijn als het ware voorgeprogrammeerd.  En dan zal de bovengeschetste schuldensituatie weer alle aandacht opeisen.  Waarbij men zich moet bedenken dat de reddingsmechanismen van toen vandaag veel minder operationeel zijn.  

Uit mijn vorige artikels (zie Het einde van de zekerheidDe wereld zit te diep in het rood en Vergeef ons onze schulden !) blijkt telkens weer dat de politici ons de ernst van de situatie trachten verborgen te houden.  Allicht zullen ze verder gaan met het winnen van tijd en het optrekken van rookgordijnen.  Centrale banken, ook de ECB, zullen op een nog agressievere wijze de deflatie proberen te bestrijden.
De kans dat het tot een voor alle partijen correcte en goed begeleide schuldenherschikking komt, is vandaag onbestaande.   Daartoe moeten er nieuwe ongelukken plaatsvinden.  We kunnen ons dus verwachten aan plotse betalingsstops, falingen van overheden, bankfaillissementen enz.  Allicht krijgen we bail-ins zoals we dat in de lente van 2013 in Cyprus hebben meegemaakt, waarbij de gewone spaarder geslachtofferd wordt. 

Het staat vast dat dergelijke gebeurtenissen heel wat politieke en sociale spanningen zullen veroorzaken.









Geen opmerkingen: